Wat doet
meester Bert?
Meester Bert: Aan de slag met de wezenlijke basis van de leerling
Scholen doen hun uiterste best om kinderen het onderwijs te bieden dat aansluit bij de (zorg)vragen van het kind. In mijn meer dan twintig jaar ervaring voor de klas kan ik niet anders zeggen dat scholen alles op alles zetten om die goede zorg te geven.
Toch kan het zijn dat het geboden onderwijs onvoldoende als ‘passend onderwijs’ wordt ervaren.
Er is zorg, maar deze is ontoereikend.
Daarom ga ik als meester Bert graag op de volgende manieren met leerlingen aan het werk:
1. Bijlessen
Met de leerling ga ik aan de slag op het vakgebied waar zich problemen voordoen. De individuele bijlessen vormen een extra ondersteuning voor de leerling en helpen om de lastige leerstof beter te begrijpen.
Een kind vindt het fijn dat zijn of haar inzet tot positieve resultaten leidt.
Voor een kind is het belangrijk dat het weet dat de opgegeven taken te behappen zijn, zodat niet elke keer tegen iedere opdracht moet worden opgekeken.
Het wil trots kunnen zijn op eigen prestaties.
Kortom: De leerling ervaart het zo belangrijke steuntje in de rug en weet weer hoe het is om een schouderklopje te krijgen.
2. Verrijkingslessen
De leerling voelt zich op een gewone schooldag onvoldoende uitgedaagd en heeft behoefte aan een verrijking van het normale schoolaanbod. Meer begaafde leerlingen kunnen en kennen meestal meer dan een ander, maar willen niet altijd met extra uitdagende stof aan de slag.
Soms presteren kinderen in groepsverband onder hun eigen niveau (onderpresteren). In de individuele verrijkingslessen gaat de leerling met die extra uitdagingen aan de slag en is meer gemotiveerd om een beroep te doen op zijn/haar kwaliteiten.
Daarbij wordt voorkomen dat lesstof uit het Middelbaar Onderwijs aan bod komt, anders doen de zelfde problemen zich in het vervolgonderwijs opnieuw voor.
Kortom: De leerling (her)vindt de motivatie om met uitdagende en verrijkende lesstof aan de slag te gaan
3. Cito / IEP/ Route 8 training
De eindtoetsen van CITO, IEP en Route 8 blijven een belangrijk moment in het laatste leerjaar van de basisschool. De uitslag van deze toets moet maar één ding laten zien:
Een bevestiging geven van het beeld van de leerling dat bij ouders, school en de leerling zelf bestaat.
Omdat de vraagstelling van CITO/IEP/Route 8 en het werken onder tijdsdruk bij de nodige kinderen tot problemen leidt, is het goed om meer aan de werkwijze van CITO/IEP/Route 8 gewend te raken.
In de individuele CITO/IEP/Route 8-lessen gaat de leerling daarmee aan de slag.
Kortom: Voor de leerling is CITO/IEP/Route 8 geen obstakel meer, maar de mogelijkheid om eigen kunnen te bevestigen en te onderstrepen
4. (Huiswerk)opdrachten van school
Vanaf de bovenbouw van de basisschool komt huiswerk regelmatiger om de hoek kijken. Leerlingen hebben dikwijls moeite met de aanpak van dit huiswerk:
Wanneer begin ik? Hoe leer ik het huiswerk, of wat moet ik maken?
Soms krijgt de leerling andere opdrachten van school, zoals spreekbeurten of het maken van werkstukken.
Met mijn expertise als onderwijsman, spreker én schrijver zoek ik samen met de leerling naar efficiënte strategieën om deze specifieke opdrachten tot een goed einde te brengen.
Steeds vaker speelt de computer een rol bij de opdrachten die kinderen moeten maken en presenteren. De ontwikkelingen op dat gebied gaan soms (te) snel voor leerlingen (en hun ouders).
Het versterken van de computervaardigheden kan daarom extra aandacht krijgen.
Kortom: De leerling voelt zich meer thuis in het huiswerk en leert zelfstandig(er) en efficiënter aan de slag te gaan met taken van school.
5. Op weg naar het Voortgezet Onderwijs
Het kan soms een lastige overweging zijn:
Op welke school voor Voortgezet Onderwijs past een kind het best?
Dankzij mijn jarenlange ervaring - op verschillende scholen - met groep 8 weet ik waarop gelet moet worden, om tot een verstandige keuze te komen.
Mijn advies zorgt voor de zekerheid waar ouder(s) en leerlingen naar op zoek zijn.
En is die leerling al klaar voor die nieuwe en grote school? Waarmee krijgt de leerling daar te maken?
Ik verzorg individuele trainingen voor leerlingen, zodat ze voor de nieuwe cursus steviger in hun schoenen staan. Zo wordt aandacht besteed aan leren leren, leren plannen, maar de training kan zich ook richten op de persoonlijkheid van het kind.
Hoe om te gaan met faalangst en met sociaal-emotionele vragen?
​
Juist voor begaafde kinderen kan de stap naar het V.O. lastig zijn. Ze hebben niet geleerd te leren en verhuizen soms terwijl ze jonger zijn dan hun toekomstige klasgenoten. Ook deze leerling krijgen van mij als meester Bert de handvatten mee om een soepelere start te maken op de nieuwe school.
​
Niet in de laatste plaats is deze overgang moeilijk voor kinderen die met een vorm van autisme (ASS) te maken hebben. In mijn voortdurende studie verdiep ik mij thans meer en meer in deze kinderen en vind het gereedschap waarmee kinderen verder kunnen.
​
Als meester Bert heb ik frequent contact met zorgcoördinatoren uit het V.O. om nog gerichter te kunnen ingaan op de vragen en wensen van kind, ouder en vervolgschool.
​
Kortom: De stap naar Voortgezet Onderwijs wordt minder groot en minder spannend.
De overgang naar die nieuwe grote school zal soepeler verlopen, waarbij begaafde leerlingen en leerlingen met een vorm van autisme (ASS) aan de slag gaan met een speciaal op hen gericht programma.
6. Overige vragen
Het kan zijn dat uw vraag hierboven niet voorkomt, maar dat de leerling juist op een ander gebied gebaat is bij persoonlijke en professionele begeleiding.
Schroom niet!
Leg ook die vraag aan mij voor. Ik zoek graag met u naar een goede oplossing.
In overleg kan ook over begeleiding van leerlingen uit het VMBO worden gesproken. Ook voor die leerlingen ga ik graag op zoek naar mogelijkheden die hun schoolwerk vergemakkelijken en verbeteren!





////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////
Samenvattend:
-
Meester Bert wil graag aan de wezenlijke basis voor ieder kind werken, inspelend op de kwaliteiten en wensen van het kind en de ouder(s)/verzorger(s) en aan de slag gaan met de specifieke zorgvragen die er zijn.
-
Meester Bert wil de leerling die aandacht geven die het soms in de massaliteit van een (grote) school en groep moet missen.
-
Samen met de ouder(s)/verzorger(s) en de leerling wil meester Bert op zoek gaan naar die mogelijkheden en oplossingen waarmee de leerling het meest gediend is.
-
Meester Bert streeft naar de zelfredzaamheid van de leerling. Uiteindelijk moet de leerling op eigen benen kunnen staan.